In mijn tuin kleuren de bladeren rood, dieprood. Het is een prachtig gezicht. Veel mensen gaan nu aan het opruimen in hun tuinen. Winterklaar maken noemen we dat. Ik laat het nog even geworden: alles valt zoals het valt. De vogels zien het goedkeurend aan en profiteren ervan. Ze vliegen af en aan.
Het kerkelijk jaar voegt zich naar de natuur. Zo verstandig zijn we wel. Het is voor ons nu de tijd van Allerheiligen en Allerzielen. Een tijd om stil te staan bij wat voorbij ging en zo waardevol is om niet te vergeten. Een tijd die ons misschien ook wat melancholiek maakt. Omdat we mensen missen die ons dierbaar waren en zijn.
Maar de tijd staat ook niet stil. Spoedig dient de Adventstijd zich aan. Het is ook het begin van de winter die in aantocht is. Het wordt donkerder; er is minder licht om ons heen. De behoefte om zelf licht te laten schijnen wordt groter. Dat is het bijzondere van deze tijd in het jaar: het duister roept het licht op.
De Advent verheugt zich op de komst van het Licht. Het Licht dat tot ons komt met de geboorte van Jezus Christus. Dat is een opzienbarende gebeurtenis geweest in onze mensengeschiedenis. En ieder jaar opnieuw is dat een wonderbaar gebeuren in ons midden.
Dat vier je niet van de ene dag op de andere: daar heb je een voorbereidingstijd voor nodig. Niet alleen om dingen klaar te maken, maar ook in je hoofd en je hart. Een tijd waarin het licht langzaam groeit.Het meest zichtbaar is dat in de adventskrans. We hebben die in de kerk, maar veel mensen hebben die ook in huis. Iedere week een kaars erbij die oplicht. Dat voedt de verwachting.
Verwachting en hoop, dat is belangrijk voor ons, want dat hebben wij broodnodig! We hebben het altijd nodig natuurlijk, want zonder hoop is het leven een stuk moeilijker. Maar in deze tijden waarin vreselijke oorlogen gaande zijn, die zo ontwrichtend en hopeloos zijn, des te meer. Tijden waarin steeds duidelijker wordt dat het leefklimaat van mens en natuur bedreigd wordt door ons eigen handelen. Politiek en maatschappelijk wordt de sfeer harder en verdeelder: er heerst een afrekenmentaliteit in plaats van samenwerking.
Dat zien wij. En we weten eigenlijk allemaal: dat moet anders. Dat gaat zo niet werken. Ons geloof biedt ons handvatten: in ons persoonlijk leven, maar ook in breder verband kunnen we daar iets mee. In ieder geval kunnen we kijken naar de boodschap van het Evangelie van Jezus Christus: ieder mens is een beeld van God en geliefd door God. Daarom mogen wij ons eigen belang niet boven dat van de ander stellen.
Dat is gemakkelijk gezegd, ik weet het. Maar toch: wanneer wij hoop en verwachting willen blijven koesteren, dan is dat wel de richting waarin we moeten gaan. In het voetspoor van Jezus Christus.
Pastor Agaath Erich