De geboortedag van het kindje Jezus werd door Franciscus met een veel groter enthousiasme gevierd dan alle andere kerkelijke feesten. Voor hem was Kerstmis het feest der feesten, omdat in zijn beleving God als een mensenkind in doeken gewikkeld gevoed werd aan de borsten van een vrouw. Ik kan hem hierin wel volgen. Wordt Pasen veelal als het grootste feest van de Kerk beschouwd, je zou ook kunnen zeggen “zonder Kerstmis geen Pasen”.
Franciscus had een goede vriend, Giovanni Velita, de burchtheer van het stadje, en twee jaar voor zijn dood riep Franciscus hem een paar weken voor Kerstmis bij zich en vertrouwde hem het volgende toe: “Ik wil dit jaar in Greccio Kerstmis vieren. Ga jij er alvast heen en doe precies wat ik je nu zeg. Ik wil namelijk de geboorte van het kind van Bethlehem zo gestalte geven, dat wij met onze eigen ogen kunnen zien in welke pijnlijke en behoeftige omstandigheden Hij ter wereld kwam. Ik wil zien hoe Hij daar lag in een kribbe met stro, tussen een os en een ezel.”
Giovanni deed wat Franciscus hem gezegd had. Toen het dan zover was, kwamen de mensen van heinde en verre naar de kribbe. Ze hadden fakkels en kaarsen bij zich om de nacht te verlichten. In de grot stond een kribbe met stro, ook had Giovanni gezorgd voor een echte os en een ezel. De mannen en vrouwen van Greccio werden vervuld van een ongekende vreugde bij het zien van de nieuwe manier, waarop het mysterie van de menswording van de Heer nu gevierd werd.
Franciscus zong met heldere en krachtige stem het heilig Evangelie van de Kerstnacht, terwijl hij iedereen aanmoedigde om dichterbij te komen om het Kerstkind te aanschouwen. Telkens verwees hij naar de geboorte van de Koning in het stadje Bethlehem en elke keer als hij naar de Heer wees, noemde hij Hem liefkozend ‘il Bambino di Betlemme’. Giovanni vertelde na afloop aan iedereen dat hij had gezien dat er tijdens de preek van Franciscus een heel mooi, slapend kindje in de kribbe lag dat naar Franciscus lachte toen die het uit de kribbe in zijn armen nam.
Let wel, dit was een ongekende en een bijzonder gewaagde actie van Franciscus. Hij stelt hier in woord en beeld Jezus voor als een gewoon kindje liggend tussen echte dieren, zoals we nu vaak zien in onze “levende” kerststallen. Wij vinden dat nu heel gewoon, maar in Franciscus’ tijd was dat totaal nieuw, ongehoord, best schokkend. Een echt kindje dat in een kribbe met stro ligt tussen een os en een ezel, zoiets had nog niemand aangedurfd.
Franciscus werd dan ook ontboden naar Rome om verantwoording af te leggen over wat hij nou weer had gedaan. Bonaventura laat hem in zijn biografische beschrijving zelfs eerst naar de paus gaan om toestemming te vragen. De paus was een verstandig man en zag in dat hij Franciscus beter te vriend kon houden en gaf hem toestemming om overal waar hij met Kerst kwam een levende Kerststal in te richten om wat hij preekte meer aanschouwelijk te maken.
Gijs ter Veer